Nieuwe inventarisatie van oncologienetwerken
Vier jaar geleden publiceerden we het rapport De ontwikkeling van oncologienetwerken in Nederland. Dat rapport schetste een beeld van de toenmalige stand van zaken, en het identificeerde de belangrijkste succes- en faalfactoren bij het opzetten van een regionaal oncologienetwerk. Themamanager Ineke Middelveldt van het thema Waardegedreven financiering stond aan de wieg van dat rapport en is nu een van de drijvende krachten bij de nieuwe inventarisatie. “De vorige keer zagen we dat er overal netwerken in ontwikkeling waren. We zijn heel benieuwd hoe die beweging verder is gegaan. Daarmee doen we weer kennis op waarmee we de oncologische netwerkzorg kunnen versterken.”
Behalve een actueel overzicht van de bestaande oncologienetwerken willen de onderzoekers net als de vorige keer een aantal andere zaken op tafel krijgen. Welke bevorderende en belemmerende factoren spelen een rol, en zijn dat nog dezelfde als vier jaar geleden? Zo kunnen we identificeren wat er nodig is om de oncologienetwerken verder te brengen. Maar ook hopen we deze keer een begin van een antwoord te vinden op de vraag wat zorg uit oncologienetwerken nu eigenlijk oplevert in termen van kwaliteit en waardegedreven zorg.
Rijker beeld
Nieuw is dat er nu ook een kwantitatieve analyse én een analyse op basis van patiëntervaringen op stapel staan. Deze keer is de samenwerking gezocht en gevonden met IKNL, Integraal Kankercentum Nederland, en de NFK, de koepel van kankerpatiëntenorganisaties. De NFK heeft veel kennis over hoe patiënten met kanker de zorg ervaren. IKNL beschikt met de Nederlandse Kanker Registratie over een schat aan kwantitatieve gegevens. De inbreng van deze beide partners maakt het mogelijk om tot een veel rijker beeld van de bestaande oncologienetwerken te komen. Daar komt nog eens bij dat onderzoekers van zowel de Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit Twente als Erasmus School of Health Policy and Management hun kennis en onderzoeksexpertise inbrengen.
Deze partners gaan nu met elkaar het onderzoek opzetten. Ondertussen doet het programma Regionale oncologienetwerken al een globale inventarisatie via de linking pins in de verschillende regio’s. De bedoeling is om zo contact te leggen met sleutelfiguren van de bestaande oncologienetwerken. Deze eerste stap is nog niet eens zo eenvoudig. Want wanneer noem je een samenwerkingsverband eigenlijk een oncologienetwerk? Gaat het over meerdere tumorsoorten of is ook een multidisciplinair team rond één tumorsoort een oncologienetwerk? Moeten er formele bestuurlijke afspraken gemaakt zijn? En ga zo maar door. Op voorhand willen de onderzoekers niets uitsluiten, ze zijn juist op zoek naar een breed beeld van alle mogelijke organisatievormen.